Volgens de weersvoorspellingen zou het vandaag veel gaan regenen vanaf een uur of 9. We hebben diverse wandelingen uitgezocht voor vandaag, maar de wandeling die voor het laatste gepland stond, zou volgens de boekjes ook de zwaarste zijn vanwege een groot hoogteverschil. Het leek ons dus verstandiger om de volgorde van de wandelingen aan te passen. Hierdoor zouden we wel wat meer kilometers moeten maken, maar dat is niet zo erg.
Iets na de klok van half negen parkeren we de auto. Het is nog niet druk op de parkeerplaats. Onderweg heeft het al behoorlijk geregend, maar gelukkig voor ons, is het weer droog als we aan de wandeling beginnen. Het blijkt niet echt een wandeling te zijn. Veel trappen om af te dalen naar het uitzichtplatform van het visitekaartje van het park. De New River Gorge Bridge is de langste boogbrug van het Westelijk halfrond. Als we na een paar minuten op het uitzichtplatform aankomen, zien we helemaal niets.
Helemaal niets? Uiteraard is dat een beetje overdreven. Natuurlijk zien we wel iets. Laaghangende bewolking welteverstaan. De brug is volledig aan het zicht onttrokken. Misschien dat dit de reden is dat er verder helemaal niemand is. Maar het lijkt of men ons daarboven heeft gehoord en een beetje is gaan blazen, want plotseling wordt de brug zichtbaar. Niet dat we hem in volle glorie kunnen bewonderen, maar toch ruim voldoende om ons tevreden te stellen. We wandelen de 150 traptreden terug omhoog en gaan naar het bezoekerscentrum. Daar bekijken we een interessante film over de ontstaansgeschiedenis van het ravijn.
We bekijken de weersvoorspellingen en besluiten om de wandeling te gaan doen die als eerste voor vandaag gepland stond. Dat betekent dat we weer een stukje terug moeten rijden. Niet zo heel ver, een kilometer of 15. We parkeren de auto en beginnen aan de wandeling naar het punt waar men het mooiste uitzicht op de brug zou moeten hebben. We kunnen enkel hopen dat de laaghangende bewolking is verdwenen tegen de tijd dat we daar arriveren. We hebben geluk en kunnen nu de brug in volle glorie bewonderen. Als we alles klaar aan het zetten om één van onze beroemde achterkantfoto’s te maken, horen we plotseling iemand vragen: “Shall I take the picture for you?” Dat is natuurlijk wel fijn. Nadat de foto is genomen raken we aan de praat met de man. Hij kan ons een wandeling aanraden aan de overkant van het ravijn. Hij doet zijn best om uit te leggen hoe we er moeten komen. Het klinkt me bekend in de oren, en ik laat hem de kaart zien van een wandeling die we ook voor vandaag hebben uitgekozen. Het blijkt om dezelfde wandeling te gaan, alleen noemt de man hem anders dan dat de wandeling op All Trails staat vermeld. Ruim een kwartier later nemen we afscheid. Dan bedenk ik me dat ik nog een foto dien te maken voor een Virtual. Snel even doen voordat we weer terug naar de parkeerplaats wandelen. Onderweg zien we nog een kleine, maar daardoor niet minder mooie groene water-salamander.
We rijden de 15 kilometer weer terug om zo aan de derde wandeling te beginnen. Iets meer dan 6 kilometer is deze. Het is nog steeds droog en met de temperatuur is helemaal niets mis. Toch nemen we de jassen maar mee, want vertrouwen doen we het niet helemaal. De wandeling voert grotendeels door het bos, met zo nu en dan een mogelijkheid om een stukje naar de rand van de canyon te lopen en dan van het schitterende uitzicht te genieten. Rond de klok van half een besluiten we bij de rand te gaan zitten, om zo te genieten van een lunch-met-uitzicht. We wandelen verder en als we bijna aan het einde zijn, begint het toch echt te regenen. Maar goed dat we de jassen hebben meegenomen, bedenken we terwijl we deze aandoen.
Terug bij de auto gaan we op pad naar de laatste wandeling van vandaag. Een niet al te lange wandeling door het spookstadje Thurmont. Als we de auto parkeren is het inmiddels weer droog. We genieten van het ‘spookstadje’. Als we bijna terug bij de auto zijn, zien we een kleine foto van de Sandstone Waterfalls. Snel zoeken we deze op google maps op, en we zien dat het Nationale Park daar ook een bezoekerscentrum heeft. Het is een uur rijden daarheen. We zijn aan de vroege kant, dus besluiten we om erheen te gaan. Als we daar zijn, blijkt dat de watervallen niet in de buurt van het bezoekerscentrum zijn, maar dat het nog een uur op en neer rijden naar de watervallen is. Tja, dan wordt het plotseling toch wel heel laat als we daarna ook nog dienen te gaan eten. We besluiten om naar een uitzichtpunt te gaan en de watervallen van grote afstand te aanschouwen, alvorens we weer terug gaan de stad om te eten. Als we terugrijden naar het hotel zie ik plotseling een ‘historic marker’-bord langs de kant van de weg staan met daarop de naam Bill Withers. Onmiddellijk denk ik aan het weer van vandaag en één van zijn grootste hits: ‘Ain’t no sunshine’. We stoppen, want hier moet natuurlijk wel een cache liggen. Dat blijkt ook zo te zijn. We krabbelen onze naam in het logboekje en komen moe maar voldoen bij het hotel aan.