We hebben weer het een en ander te doen vandaag. Het eerste dat op het programma van vandaag staat, is hetgeen ons heeft doen besluiten om dit jaar naar dit deel van de VS te gaan. Al het andere dat we hebben gedaan en nog gaan doen, is om dit doel heen bedacht. Wat anders zou het kunnen zijn dan een geocache? Mensen die ons kennen vinden het heel logisch. Het gaat in dit geval om de laatste cache die geplaatst is in augustus 2000 die we nog niet hebben gevonden. In een bericht dat bij de cache is geplaatst staat een locatie van een mogelijke parkeerplaats opgegeven en de melding dat het een leuke wandeling van 7 kilometer was geweest. Een blik op de kaart leerde dat het niet zo ver zou kunnen zijn, maar het is niet de eerste keer dat een ravijn ons hemelsbreed slechts enkele meters van de cache scheidde en dat we in werkelijkheid toch een behoorlijke tippel dienden te maken. Aangezien we nog meer willen zien vandaag, besluiten we op tijd te vertrekken.
Het is nog fris. De thermometer geeft 6 graden aan als we net op weg zijn. Hier en daar is het mistig, dan weer helder. De weg naar de cache is fraai en we genieten van hetgeen we te zien krijgen. Na een klein uren draaien we linksaf en rijden we een zandweg in. We parkeren de auto en zien een ree wegspringen.
We zien geen enkele reden waarom we zeven kilometer dienen te wandelen voordat we bij de cache zijn. De GPSr geeft een afstand van 207 meter (hemelsbreed) aan. We doen verstandig de rugzakken om. Nemen voldoende water mee, voor het geval dat. Iets of wat gespannen gaan we op pad richting de cache. Wat als we deze niet kunnen vinden? Ach, dat zien we dan wel weer. Nog geen vijf minuten later krabbelen we onze naam in het logboek. Hier zijn we heel blij mee en terwijl we terug wandelen naar de auto, vraag ik me af hoeveel mensen alle vier de in augustus 2000 geplaatste geocaches hebben gevonden.
We zijn dus eerder dan verwacht klaar met het eerste doel van vandaag. Gelukkig voor ons, hebben we nog meer dingen voor vandaag op de planning staan. We hebben het idee dat we daar niet voldoende tijd voor zullen hebben, dus eigenlijk komt het wel mooi uit dat we eerder klaar zijn dan we hadden verwacht. We rijden verder en stoppen onderweg om een kop koffie te halen. We rijden verder richting Sleaping Bear Dunes National Seashore. Bij de ingang stoppen we en kopen we de jaarkaart van de NPS. Hiermee kunnen we alle parken in die aangesloten zijn bij NPS. Zoals het hoort in Amerika hoef je de auto daarvoor niet te verlaten en wordt alles gewoon geregeld terwijl je achter het stuur zit. Korte tijd laten parkeren we de auto en kijken we naar hetgeen zich voor ons bevindt. Een duin. We zien een gele muur van duinzand en daarboven het blauw van de lucht. Vol goede moed beginnen we aan de beklimming. Zoals het bij een goede duin betaamt, ga je voor iedere drie stappen die je voorwaarts zet er weer twee achteruit. De helling is behoorlijk steil. Tel daarbij op dat het kwik gestaag richting de 20 graden is gestegen en je kunt jezelf voorstellen dat dit een pittige wandeling is, ook al is die maar drie kilometer. We genieten van het uitzicht en keren om. De wandeling terug naar beneden gaat aanzienlijk vlotter dan die omhoog.
De volgende stop is eigenlijk geen stop maar een rondrit. Goed, tijdens deze rondrit zijn 12 stops te maken. We genieten links en rechts van een fraai uitzicht. Maken een wandeling en ontdekken dat er behalve duinen ook bossen te zien zijn en genieten van de afwisseling hierin. Heel bijzonder is dat de bosgrond ook gewoon uit duinzand bestaat. Men zal dus begrijpen dat ook dit een behoorlijk pittige wandeling is. Bij een volgende stop kijken we over Lake Michigan uit, terwijl we korte tijd later de echte Sleeping Bear Dune staan te bewonderen. Althans wat er nog van over is vandaag de dag, want in de loop van de tijd is het landschap natuurlijk wel veranderd, en is de duin die deze naam kreeg nagenoeg verdwenen door de wind.
De tijd vliegt voorbij, en het duinzand heeft ervoor gezorgd dat ik inmiddels behoorlijk moe ben. We gaan op pad naar het laatste doel van vandaag Sleaping Bear Point. We beginnen aan de wandeling en weer gaat het pad omhoog in het duinzand. De vermoeidheid wordt bij iedere stap groter. Op een bepaald moment zeg ik tegen Marieke dat ik niet meer verder kan. Nog één stapje zegt ze tegen mij. Ik wil tegensputteren en zeggen dat ik écht niet meer kan. Maar als er iets is dat ik in de afgelopen 44 jaar heb geleerd, is het feit dat je er niet verstandig aan doet om een kleine vrouw tegen te spreken. Gedwee zet ik dus nog één stap vooruit. Nog geen drie seconden later heb ik spijt dat ik naar haar heb geluisterd en loopt het koude water van Lake Michigan in mijn schoenen.