Zoals gewoonlijk tijdens een rondreis gaat de wekker op de normale tijd af. Kwart voor zes dus. Na het ontbijt worden de koffers gepakt en in de auto geladen en gaan we op weg naar Lansing, de hoofdstad van de staat Michigan. Iemand die een beetje kennis van de Verenigde Staten heeft, weet dat in de hoofdstad het State Capitol staat (of in goed Nederlands, het provinciehuis). En iemand die een beetje kennis van onze twee persoontjes heeft weet dat wij zo’n kans niet voorbij laten gaan en zo’n State Capitol met een bezoekje gaan vereren. Nadat we de auto hebben geparkeerd, blijkt dat we net iets te vroeg zijn. De rondleidingen gaan pas vanaf 9:00 uur. We besluiten om eerst een kop koffie te gaan drinken. Als we deze op hebben, is het inmiddels na de klok van negen en lopen we terug naar het State Capitol. We worden hartelijk verwelkomd door de bewaker. We vertellen dat we voor de rondleiding komen. We zijn al druk bezig om onze cameratassen af te doen en open te maken als de bewaker ons vriendelijk naar de overkant van de hal verwijst. Dan zullen we daar dan wel de inmiddels bekende tassencontrole krijgen denken we. Maar niets is minder waar. Hier is men nog niet paranoïde. En dat op 11 september. Heel bijzonder, maar fijn dat het nog kan vandaag de dag. We beginnen aan de self-guided tour en genieten van dit fraaie gebouw.
Als we bij de congreszaal staan, dan raken we met een mevrouw aan de praat. Ze komt uit Ohio en is inmiddels gepensioneerd. Haar man is jonger en moet nog werken, maar heeft vandaag vrij. Het is de eerste keer dat ze ergens een State Capitol bezoeken. Ze vraagt waar wij vandaan komen en wat we komen doen. We vertellen haar dat we inmiddels met onze 10e rondreis door de VS bezig zijn, en dat we aan het einde van deze reis alle aaneengesloten staten van de VS hebben bezocht. Verbaasd vertelt ze dit tegen de twee bewakers die in de congreszaal aanwezig zijn, en zegt dat het waarschijnlijk is dat we meer van Amerika hebben gezien dan zij vieren samen. Na een tijdje zeggen we gedag en we gaan verder met onze rondleiding. Als we alles hebben gezien maken we een sanitaire stop en maken vervolgens een bezoek aan het oude gedeelte van Lansing.
De volgende etappe is bijna 250 kilometer. Als we ongeveer halverwege zijn, maken we een stop om te lunchen. Het weer is immers geweldig. Iets wat we geen van beiden hadden verwacht. De weersvoorspelling van de afgelopen week hadden het gelukkig voor ons helemaal mis. We lunchen in een heerlijk zonnetje en gaan verder. De volgende stop is een van de oudste bossen van de staat. In Hartwick Pines State Park staan bomen die tussen de 300 en 500 jaar oud zijn. Ten tijde van de ‘grote kap’, zoals het zo mooi heet, die duurde van 1840 tot 1910 zijn nagenoeg alle oude bossen in de staat gekapt. Dit stuk is gespaard gebleven als gevolg van de crisis van 1890. Toen deze crisis voorbij was, was dit stuk bos te klein om in te gaan investeren en heeft men het gewoon laten staan. We maken een paar wandelingen en genieten van dit bos. Het is minder imposant dan een bos met Redwood’s of Sequoia’s, maar dat wil niet zeggen dat het niet fraai is. We bezoeken een houthakkersmuseum. Terwijl we erheen wandelen, bedenken we dat er waarschijnlijk heel veel vingers op sterk water te zien zullen zijn. Gelukkig is dit niet het geval, maar laat men zien hoe de houthakkers leefden en werkten in de jaren van de ‘grote kap’. Als we het kantoor van de baas zien, vraag ik me af hoe vaak hij ‘kappen nou’ heeft moeten roepen. Zowel tijdens als buiten werktijd zal dat vaak het geval zijn geweest. Moe maar voldaan gaan we weer verder. Het is immers nog bijna 100 kilometer rijden naar het hotel en onderweg gaan we nog eten.