De legende wil dat Robert Johnson naar de crossroads was gegaan om daar zijn ziel te verkopen aan d’n duvel. En vanaf die dag kon hij spelen als geen ander en schreef ie bluesklassiekers zoals Crossroads Blues. Maar het was een man zoals iedere man. Oftewel gek van drank en vrouwen. En die combinatie zou uiteindelijk ook hem fataal worden. Want hij moest optreden in een kroeg en vlak voor het optreden zat ie met de vrouw van de kroegeigenaar te praten. Veel te intiem te praten. Dus die kroegeigenaar die pakte een fles whisky, deed daarin wat gif en gaf die fles aan Robert Johnson en zei: “Alsjeblieft meneer, drink maar leeg.” En Robert Johnson dronk die fles die avond nog leeg en zou ook die avond nog ziek worden en zou drie dagen later komen te overlijden. Slechts 27 jaar oud.
Hierboven een stuk uit het couplet van het nummer “Kruispunt” van Allez Soldaat uit 2010. Zes jaar oud dus alweer, en voor ons beiden nog steeds één van de beste Nederlandstalige Americana nummers die er zijn gemaakt. Het nummer kunnen we dromen. Toen we iets meer dan een jaar geleden een documentaire zagen over het Zuid-Oosten van de VS, werd de blues-route aangestipt. Hierin kwam uiteraard Robert Johnson naar voren. Heel interessant, maar verder deden we er, behalve even opzoeken waar precies het gebied nu was, niet zo veel mee. Toen vorig jaar bekend werd, dat we dit jaar het Zuid-Oosten zouden gaan bezoeken kwam die documentaire weer boven drijven. En dat was waar de speurtocht begon. De speurtocht naar het kruispunt waar Robert Johnson zijn ziel aan de duivel zou hebben verkocht. Op zoek naar waar de legende was vergiftigd. Op zoek naar de plek waar hij was begraven. Noem het maar op. Het leek ons leuk om in de voetsporen van één van de meest invloedrijke én onbekendste artiesten uit de geschiedenis van de moderne muziek te treden. En dat was gemakkelijker gezegd dan gedaan, en de speurtocht begon.
Als eerste de Crossroads, oftewel het kruispunt dat in het nummer wordt bezongen, en omschreven als volgt:
En hij zegt welkom op het kruispunt van je bestaan
Je kunt nu kiezen om te leven vanuit mijn naam
De meeste gemakkelijk oplossing ligt in Clarksdale. Op het kruispunt van Highway 61 & Highway 49 staat een paal met daarop drie gitaren geplaatst. Dit zou de plek moeten zijn, waar Robert Johnson zijn ziel aan de duivel verkocht heeft. Er is echter één klein probleem met deze plek. Robert Johnson is overleden op 16 augustus 1938. Die dag, was het kruispunt met de gitaren er nog niet. Dus er diende verder gezocht te worden. Vele avonden werden afgezocht op het internet. Vele boeken en verhalen werden doorgespit. Altijd was de conclusie hetzelfde. Waarschijnlijk zou het kunnen zijn dat, heel misschien het kruispunt waar Robert Johnson zijn ziel heeft verkocht bij een oude plantage genaamd “Dockery Farms” ligt. Punt toegevoegd aan de route van vandaag, als één van de belangrijke locaties.
Dit punt was sowieso meer dan de moeite van het bezoeken waard. De gebouwen waren schitterend gerestaureerd, en ook wordt deze plek gezien als dé geboorteplaats van de blues.
De volgende locatie die gezocht diende te worden, was de kroeg waar Robert Johnson zou zijn vergiftigd. Alhoewel deze gemakkelijk was, diende er toch nog een tijd gezocht en gelezen te worden, waar het precies was. Op Internet circuleert een foto, van een plek die de bewuste kroeg zou zijn. En inderdaad, in de jaren dertig bestond het pand. Maar helaas is het geen kroeg, maar een benzinepomp. Niemand die weet of het ooit wel een kroeg is geweest. Iemand die de bewuste avond in 1938 bij het optreden van Robert Johnson aanwezig is geweest wijst een hele andere plek aan. De kroeg stond op het kruispunt van Highway 7 & Highway 82. Ook die snelweg is verlegd, maar er zijn nog wel tekeningen van waar de weg heeft gelegen, en de bewuste weg is ook nog in gebruik. En de kroeg? Die is in 1942 door een orkaan volledig vernietigd.
Als laatste het graf van Robert Johnson. En dan wordt het pas echt een probleem, want wat blijkt. Onze Robert blijkt maar liefst drie graven te hebben. Van alle drie de graven weten we, na lang zoeken de locatie te achterhalen. Iets wat, zeker in deze tijd, toch ook wel gek is. Men zou verwachten dat er gewoon een lijstje met adressen en locaties van alle punten die over de legende van Robert Johnson verhalen zou zijn. Niet dus. Alle drie de graven worden door ons bezocht. Het eerste graf is heel eenvoudig. Een betrekkelijk nieuwe grafsteen bij een klein kerkje.
Een kilometer of vijf verderop zou het tweede graf liggen. Ook dit ligt op een kerkhof bij een kleine kerk en wordt zonder problemen gevonden door ons. Het wordt voor ons al snel duidelijk dat meneer Johnson hier niet ligt begraven. Op de steen zelf staat namelijk dat het een herdenkingsmonument is.
Dan op naar het derde (of eigenlijk dus tweede) graf. Volgens de kenners is dit de plek waar Robert Johnson echt is begraven. Zonder een probleem rijden we hier naartoe en parkeren we de auto bij een kleine kerk. In een oogwenk vinden we de grafsteen. Hier iets groter dan de eerste, en deze wordt ook duidelijk door meer mensen bezocht, aangezien hier talloze drankflessen en andere dingen zijn achtergelaten.
Behalve deze plekken hebben we ook nog andere plekken bezocht die belangrijk waren in het leven van Robert Johnson of die van andere blues legendes zoals B.B. King. Zo bezoeken we bijvoorbeeld het wereldberoemde bluescafé van Po’ Monkeys, dat vandaag de dag nog steeds beroemde bluesartiesten ontvangt.
Al met al hadden we een route uitgezet van ruim 300 kilometer, en we hebben genoten van iedere meter die we reden. Onderweg werd het duidelijk dat dit deel van Amerika veel armer is dan de andere delen die we hebben bezocht. Ook kunnen we ons voorstellen dat er mensen graag teruggaan naar dit gebied. Hoe dat komt? De mensen zijn hier oprecht vriendelijk. Men helpt elkaar, zonder er iets voor terug te verwachten. Men groet Jan en alleman op straat. Ondanks de armoede is het toch een gezellige bende.
Aan het eind van de route wacht het hotel op ons. Het hotel waar we in juli al over tikten. Beter gezegd onze ‘shack’ oftewel krot wacht op ons. We checken in en openen de deur van het krot. Gelukkig is dit krot van alle gemakken voorzien. Toilet, douche, airconditioning én WiFi. Nadat we de spullen uit de auto hebben gehaald, gaan we op ons terras in een schommelstoel zitten.