Opschieten, opschieten, flits het door mijn hoofd. Moet het verhaal van de dag op tijd klaar hebben vandaag. Het moet toch één keer lukken?
Hedenochtend is mij ter oren gekomen, dat het eerste wat er iedere morgen gedaan wordt, is ons verhaal van de vorige dag lezen. Helaas, soms diende er gewacht te worden, tot het moment daar was, dat er een verlossende e-mail op de digitale deurmat plofte. En als het eenmaal zo ver was, en eindelijk het verhaal gelezen kon worden, dan wordt het net een kinderverhaaltje. Want na het verhaaltje dan…. Inderdaad naar bed.
Goed, dus snel typen, want de seconden tikken weg, en de deadline nadert steeds dichter naarmate de letters onder mijn vingers, abacadabra voor de meesten vormen. En dan ben ik nog eens niet aan het verhaal van de dag begonnen. Een dag waaruit ik honderduit over zou kunnen verhalen, maar helaas is dat niet mogelijk, want die tikkende klok.
Honderduit verhalen over vandaag. Waar moet ik beginnen? Het meest logische zou zijn, om de eerste twee lettergrepen van deze alinea te nemen. Honderd….
Vandaag is het de honderdste dag dat wij in de Verenigde Staten rondreizen. Honderd dagen waarin we honderden dingen hebben gezien en beleefd. Groot en klein. Honderd dagen waarin we honderden mensen hebben leren kennen. De meesten snel vergeten, enkele die weer naar boven komen, bij het teruglezen van de verhalen, en een paar die dagelijks in ons hoofd zijn. Honderd dagen. Ze zijn voorbijgevlogen.
Ik zou ook zomaar twee lettergrepen voor de eerder genoemde twee lettergrepen kunnen zetten. Vijftien…
Vijftienhonderd zou het dan worden, en dat is dan weer het nummer van de mijlpaalcache die we vandaag hebben gevonden. Een nummer dat niets zegt, en toch zoveel betekent voor ons. Vijftienhonderd van die tupperwarebakjes, fotorolletjes, munitiekisten, enz. die we tevoorschijn hebben weten te toveren. Soms 1 cache na een wandeling van 16 kilometer, terwijl we op een andere dag, zoals bijvoorbeeld vandaag, 16 kilometer wandelen en dan onderweg 16 keer een naam op een stukje papier hebben mogen krabbelen.
Nog steeds niet aan het verhaal van vandaag begonnen, en die verdraaide klok. Snel iets nuttigs bedenken dan maar. Eergisteren, of was het gisteren? Ik weet het niet meer (op het moment dat ik deze 5 woorden tik, flitst er een sketch van Bert Visscher door mijn hoofd.), maakt eigenlijk ook niet uit welke dag het was. We houden het voor het gemak maar op de dag voor gisteren. Eergisteren dus, passeerden we een bord, met daarop de tekst Red Rock Canyon Open Area. Interessant klonk dit in onze oren, en in het hotel gearriveerd, zochten we dit op. Leek ons wel aardig om te gaan bekijken, dus deze morgen in alle vroegte op pad naar de Red Rock Canyon Open Area. Heerlijk gewandeld en genoten van de fraaie natuur. Niet zo fraai als die in de Garden of Gods gisteren, maar toch zeer fraai. Ander voordeel van dit park was het feit dat er geocaches lagen. Bij de ingang gekeken naar de wandelingen die er waren, en héé, zie daar, er is zelfs een rotsschildpad. Dat zullen veel mensen leuk vinden, en één in het bijzonder denk ik.
Er zijn veel wandelroutes in het park. Teveel om uit te kiezen, we besluiten dan ook om van geocache naar geocache te lopen. Het eerste pad is alles behalve geschikt als rotsschildpad. Veel te steil en te veel rotsen. We vinden onze eerste cache en we gaan verder naar nummer twee. Deze is te vinden op de kam van een rots, en biedt een schitterend uitzicht. We vervolgen onze weg, en de weg wordt geleidelijk aan vlakker. Helaas zal het nog een zware klus worden om dit te beschouwen als een rotsschildpad. Het pad bestaat immers uit een soortement van gravel. We komen bij een grasveldje aan, en hier zijn mensen het spel Cornhole aan het spelen (ik wilde een filmpje uploaden, maar het zou circa 52 uur duren voordat deze online stond. En tja, die tikkende klok, maar gelukkig is er YouTube, dus zie het filmpje hieronder), we blijven even staan kijken en vervolgen onze weg.
[youtube]WdbOMzLKdbA[/youtube]
Meer caches, aangezien het vandaag onze honderdste dag in Amerika is, lijkt het ons wel leuk om ook onze 1500e geocache vandaag te loggen. Moeten er dan nog wel 11 vinden in totaal vandaag, en dat is voor onze doen behoorlijk veel. Snel verder dus. We arriveren bij Newspaper Rock, en inderdaad, er is hier zoveel in de zandstenen rots gekrast door Jan en Alleman, dat het wel een krant lijkt. Helaas, hoe we hier ook zoeken en turen, we vinden geen cache en als rotsschildpad is het hier al helemaal niet geschikt. Op weg naar de volgende dan maar. Een behoorlijk pittige aldus de beschrijving. En inderdaad, als we vlakbij de cache zijn, dan blijkt dat de plek waar we moeten zijn, een oude steengroeve, onder water te staan. Aangezien mijn schoenen zijn beste tijd hebben gehad en allesbehalve waterdicht zijn, besluiten we om de cache vanaf de andere kant te benaderen. Welke kant dat is? Tja, als iets niet van onderaf te benaderen is, dan moet het maar van bovenaf. Zo gezegd, zo gedaan, en enkele minuten later, schuifel ik voetje voor voetje over een richel langs de wand van de steengroeve.
Het klinkt allemaal spannender dan het is, want zo hoog is het niet, en het richeltje is niet zo heel smal, maar je kunt het ook geen rotsschildpad noemen. Ik pak de cache, Marieke verzorgt de fotografie en we loggen deze.
Nog maar 7 geocaches te gaan. Ik ga niet alle caches in dit park beschrijven, maar in totaal hebben we hier ruim 6 kilometer gelopen. Het meeste over behoorlijk pittig en alles behalve geplaveid terrein. Dus een rotsschildpad? Nee, niet echt.
Gisteren (en dit weet ik zeker) moest Marieke naar het toilet. Op zich is dit niet zo heel spectaculair, want iedereen heeft wel eens de behoefte om een sanitaire stop te maken. Terwijl ik sta te wachten, blader ik een tijdschrift door, en zie daarin een kleine foto staan, met daarbij de tekst: Painted Mine. Niets meer, niets minder. Opgezocht, en het gebied ligt op een uurtje rijden vanaf Colorado Springs.
We komen daar aan, bekijken het routebord, en zijn verbaasd, als blijkt dat er ook hier een rotsschildpad zou moeten zijn. We kiezen een route uit, en beginnen aan de wandeling. Wat we hier te zien krijgen, is niet iets wat we hadden verwacht. Kleirotsen vermengd met ijzeroxide. Het resultaat is een schitterend, maar fragiel, kleurenspektakel. Het meest verbaasd zijn we nog wel over het feit, dat je gewoon over en tussen deze tere rotsen mag wandelen. Maar ook hier telt eigenlijk hetzelfde als deze morgen. Geen rotsschildpad. We genieten ten volle, en alle woorden die ik zou kunnen verzinnen, schieten te kort om afdoende te beschrijven wat we hier te zien krijgen. Dit is weer een typisch voorbeeld van zo’n onverwacht pareltje dat je te zien krijgt. Tijdens de wandeling van 10 kilometer die we hier maken, lukt het ook nog eens om voor de vijftienhonderdste keer een geocache te loggen.
We hebben vandaag een bijzondere, schitterende dag beleefd. Als we nu ook nog een rotsschildpad te zien hadden gekregen, dan zou dit een perfecte dag zijn geweest.
Op de TV is nu een bokswedstrijd aan de gang, en ik word zenuwachtiger telkens als de gong op de TV klinkt. De klok die tikt, ik heb nu niet heel veel tijd meer, maar ik ben ervan overtuigd dat er niet heel veel mensen zijn die iets begrijpen van het bovenstaand. Om het voor eenieder duidelijk te maken, vervang overal in het bovenstaande verhaal het woord rotsschildpad door het woord rolstoelpad, en het wordt plotseling helemaal een duidelijk, en alles behalve nonsens-verhaal.
Het mooiste is als iets rond is, inmiddels ben ik ervan overtuigd dat ik op tijd klaar ben met typen. Ook ik ben klaar, heb niets meer te vertellen. Hoef eigenlijk alleen nog maar een eind te breien aan dit relaas. Gelukkig hebben ze daar een mooie oplossing voor gevonden in een kinderverhaaltje. Wat is er dan gemakkelijker om die ook maar gewoon te gebruiken? Niets eigenlijk, dus bij deze dan maar: “En toen kwam er een olifant met een hele lange snuit, en die blies dit verhaaltje uit.”
Slaap lekker!