Vijf dagen geleden reden we door Death Valley National Park richting Nevada. Net over de staatsgrens gingen we op zoek naar een cache. In die cache vonden we een CD van Ray Wylie Hubbard getiteld Snake Farm. Nog nooit van gehoord? Shame on you. Wij ook niet. Maar zoals gewoonlijk nemen we een CD mee, om die in de auto te luisteren. Zo ook bij deze. De eerste noten klinken door de auto en onmiddellijk worden we allevier gegrepen door het titelnummer van deze CD. Het klinkt als het origineel waar JW Roy, Björn van der Doelen en Ad van Meurs hun inspiratie vandaan hebben gehaald. Kortom, een mix van Americana, Blues, Folk en Country. Voor ons genieten en al snel zingen we het refrein van dit nummer mee. “Snake Farm. Snake Farm.” We luisteren de CD twee keer en leggen hem in het handschoenenkastje. We vinden de CD te goed om deze al weer snel in een volgende cache achter te laten. Op internet leren we dat deze artiest inmiddels de grens van 70 is gepasseerd en dat het populairste nummer van hem op Spotify, Snake Farm is.
Vijf dagen zijn inmiddels gepasseerd, en de CD is niet meer afgespeeld, als we deze ochtend afreizen naar Grand Canyon NP. De afstand die we naar het park dienen te overbruggen is behoorlijk. Juist voordat we de grenzen van Grand Canyon National Park binnen rijden, denk ik weer aan de CD en Marieke haalt deze tevoorschijn. De muziek begint weer te klinken door de auto. Juist als we het refrein mee willen gaan zingen, begint Jack aan zijn eigen, Nederlandstalige, versie van het nummer Snake Farm. “Klikspaan. Klikspaan.” klinkt er op de maat van de muziek door de auto. De CD zal nog wel vaker afgespeeld worden, maar telkens zal in mijn hoofd deze Nederlandstalige versie klinken.
We gaan naar het bezoekerscentrum en beginnen aan de eerste wandeling. Onze verwachtingen zijn laaggespannen, aangezien we niet erg onder de indruk waren van de Grand Canyon toen we deze in 2006 voor de eerste keer bezochten. We maken de ‘verplichte’ foto’s en dan plotseling gebeurt het. We worden gegrepen door de Grand Canyon en zijn grootsheid. Het gevoel van WOW! is er plotseling en we genieten volop. De foto’s die we maken voelen niet meer als verplicht.
Na de eerste wandeling gaan we op weg naar de volgende wandeling. Deze hebben we lange tijd geleden al uitgezocht en leek ons zeer leuk om te doen. Als we na bijna een uur rijden bij het startpunt arriveren, is het weer omgeslagen. Het regent, onweert en waait dat het een lieve lust is. De geplande picknick met uitzicht wordt een boterham in de auto, en we besluiten om de wandeling niet te gaan doen. Te gevaarlijk over de smalle paden met de harde wind en de onweer. Zelfs wij worden nog wel eens verstandig.
We rijden richting het volgende punt dat we willen gaan bekijken. Een kleine twee uur rijden buiten het park. Onderweg zien we langs de kant van de weg sneeuw liggen. Eergisteren liepen we nog te puffen bij 35 graden, nu is het rond het vriespunt.
De volgende stop is bij Cliff Dwellers. Hier bewonderen we enkele oude rotswoningen. We lopen inmiddels weer in een heerlijk zonnetje bij een mooie blauwe lucht. We rijden verder via de Navajo Bridge naar ons hotel. Onderweg wisselen we verschillende keren van tijdszone. Het hotel ligt bijna precies op de grens van twee tijdzones. Inmiddels hebben we geen idee meer hoe laat het nu eigenlijk is. Ach wat maakt het ook uit. We hebben immers de tijd aan onszelf. En wee degene die de juiste tijd aan ons vertelt. Wees gewaarschuwd, anders sturen we gewoon de Nederlandstalige Ray Wylie Hubbard op je af. “Klikspaan. Klikspaan.”